dinsdag 28 juli 2009

Moet cultuur laagdrempelig zijn?


De Gentse Feesten zijn weer voorbij. De eerste conclusies worden getrokken.
Ook door mij, een gematigd bezoeker. Maar het zijn andere conclusies.

Uit de krantenartikels bleek dat Pole Pole en de voorstelling van de Gentse voetballers veel volk hebben getrokken. Laagdrempelig genoeg wellicht. Bij Sint-Jacobs was het dit jaar niet echt dringen om een plaatsje, de Groentenmarkt barste ook niet uit zijn voegen. Niet laagdremelig genoeg?
Gratis was het allemaal, terwijl menig organisator moest vaststellen dat velen zelfs voor een gratis optreden geen extra euro per pint over hadden.
Maar Jazz Gent was dit jaar een nog groter succes dan vorig jaar, eerder hoogdrempelig en absoluut niet gratis. Rock Wechter is ook niet gratis maar toch wel laagdrempelig te noemen.
Heeft het succes van cultuur -want daar valt het toch onder- met hoog- of laagdrempeligheid te maken, met al dan niet gratis?
Nee. De argumenten dat cultuur gratis moet zijn en laagdrempelig moet zijn om succes te hebben, hebben voor mij afgedaan.

Cultuur mag hoogdrempelig zijn en mag een prijs hebben. Er is natuurlijk veel discussie mogelijk over de definitie van succes en laag- of hoogdrempeligheid. Maar waar het om draait is dat het de mensen moet kunnen boeien en dat wordt steeds moeilijker. Het hype-gehalte wordt steeds groter, het BV-effect steeds belangrijker: voor een optreden of een boek van een BV is men bereid meer te betalen al is het slecht dan voor een goed optreden of boek van een debutant. En de pers stimuleert het BV-schap alleen maar. Twee pagina's in de krant over de vakantie-oorden van onze bv-politici. Who cares?

Cultuurbeoefenaars hebben een job als een ander en dat moet betaald worden als een ander, of ze nu zingen, toneelspelen, schrijven of schilderen. Maar dat zal pas lukken wanneer cultuur an sich meer gewaardeerd wordt. Wanneer het als iets waardevols wordt aanzien, los van hypes en niet als een relikwie uit de geitenwollensokkentijd.

Geen opmerkingen: